Nieuws

Provinciale Staten stellen de Energieagenda 2019-2030 vast

Provinciale Staten hebben de Energieagenda 2019-2030 vastgesteld.


Dit is een strategisch document dat de hoofdlijnen van het provinciaal energiebeleid voor het komend decennium weergeeft. De fracties van VVD, CDA, SP, D66, PvdA, GroenLinks, 50PLUS, ChristenUnie-SGP en Lokaal Brabant stemden voor. De fracties van PVV en Partij voor de Dieren stemden tegen.

De nieuwe energieagenda heeft als basis de urgentie van de energietransitie en de noodzaak van versnelling. De Energieagenda zet de koers uit voor de provinciale bijdrage aan de mondiale, Europese en nationale ambities om CO2 terug te dringen, energie te besparen en duurzame energiebronnen in te zetten. De provincie heeft een forse ambitie met 100% duurzame energie in 2050 en 30% in 2050. De strategische hoofdlijnen van het nieuwe energiebeleid zijn: het mobiliseren van de samenleving voor de energietransitie, selectief en slim stimuleren van koplopers en slim integraal combineren.

Rol van de provincie

De provincie pakt een regisserende en verbindende rol in de energietransitie voor de deelopgaven waar de provincie het verschil kan maken om een grote impact te realiseren. Daarbij richt zij zich op de volgende transitiepaden: elektriciteit, industrie, gebouwde omgeving, mobiliteit en landbouw. Dit zijn dezelfde thema’s als de tafels van het Nationale Klimaatakkoord. Deze thema’s kunnen worden gebruikt als bouwstenen voor het opstellen van het nieuwe collegeprogramma en het uitwerken van de energieagenda in uitvoeringsprogramma’s. Binnen die uitvoeringsprogramma’s gaat de provincie in Brabant, samen met partners en inwoners, aan de slag om de grote opgave van de energietransitie te realiseren. Voor de benodigde personele capaciteit wordt financiële ruimte vrijgemaakt .

Monitoring op de uitvoering

De discussie in de Staten spitste zich met name toe op het draagvlak in de samenleving, de kosten van de energietransitie, alternatieve energiebronnen, het betrekken van jongeren bij de energietransitie en de haalbaarheid van de doelstellingen en monitoring daarvan. De Staten namen bij het voorstel een amendement over ‘monitoring op uitvoering’ aan. In de Energieagenda is adaptiviteit als Brabants principe al nadrukkelijk opgenomen, maar de toepassing hiervan geldt ook indien betaalbaarheid, haalbaarheid, draagvlak en leveringszekerheid in het gedrang komen. Dit zijn belangrijke randvoorwaarden om de inwoners en bedrijven in Brabant mee te krijgen en betrokken te houden in de uitvoering van de energie-transitie. Door jaarlijkse monitoring op deze principes kunnen de Staten hun controlerende taken uitvoeren en tijdig bijsturen.

Vorig bericht 236 miljoen voor veelbelovende technologie geïntegreerde fotonica
Volgend artikel Vermeulen Bouwbedrijf uit Rijen wint Sociale Innovatieprijs FNV Bouwen & Wonen

Nu op WijBrabant